Niemand spreekt de manager aan: wat zegt dat?
In veel organisaties komt het regelmatig voor: medewerkers spreken de manager niet aan. Soms lijkt het alsof alles gezegd kan worden, maar in de praktijk blijft het opvallend stil. Niet omdat ze niets te zeggen hebben, maar omdat spreken in hun beleving risico’s kent.
Aanspreken lijkt eenvoudig, maar raakt aan macht, vertrouwen en de vraag of het veilig is om iets te zeggen. Als medewerkers hun manager niet aanspreken, zegt dat weinig over hun betrokkenheid, maar veel over de onderlinge verhoudingen. Mensen voelen feilloos aan of hun woorden welkom zijn en of stilte veiliger is dan spreken.
De betekenis van deze stilte
Stilte is geen gebrek aan moed! Het laat zien dat medewerkers de gevolgen van hun woorden zorgvuldig afwegen. Spreken kan invloed hebben op hun positie, hun relatie met de manager of hun gevoel van veiligheid. In die zin is stilte een subtiele vorm van feedback. Ze zegt dat de balans tussen invloed en veiligheid niet klopt. Medewerkers willen best iets zeggen, maar alleen als ze merken dat het verschil maakt.
Wat een medewerkersonderzoek zichtbaar maakt
Een goed vormgegeven medewerkersonderzoek maakt dit patroon zichtbaar. Cijfers over vertrouwen, openheid en leiderschap tonen hoe veilig mensen zich voelen om hun mening te delen. Achter elk neutraal antwoord schuilt een afweging: “Heeft het zin om dit te zeggen?”
Zo laat een lage score in het medewerkersonderzoek op ‘openheid’ niet zien dat mensen niets te melden hebben, maar dat ze twijfelen of het veilig is om eerlijk te zijn. Het onderzoek geeft collectief een stem aan wat individueel vaak wordt verzwegen.
Waarom trainingen niet helpen
Organisaties proberen dit niet-aanspreken vaak op te lossen met feedbacktrainingen of communicatieafspraken. Dat lijkt logisch, maar werkt zelden. Zonder een gesprek over macht en invloed blijft aanspreken een techniek in plaats van een uitdrukking van vertrouwen. De echte vraag is niet hoe medewerkers elkaar en hun manager aanspreken, maar waarom ze het soms niet doen. En dat raakt de kern van leiderschap: de bereidheid om te luisteren naar wat moeilijk is om te horen.
Wat managers beter wél kunnen doen
Managers die aanspreekgedrag willen versterken, moeten eerst nieuwsgierig zijn naar hun eigen invloed. Reageren ze verdedigend op kritiek? Stellen ze open vragen? Laten ze zien dat tegenspraak welkom is? Openheid begint niet bij medewerkers, maar bij de toon van de leiding. Als managers luisteren zonder oordeel en ruimte geven aan spanning, groeit het vertrouwen om iets te zeggen.
De stille winst
Dat medewerkers de manager niet aanspreken is zelden onverschilligheid. Het is vaak een manier om relaties te beschermen in een omgeving waar de machtsverhouding voelbaar is. Een organisatie die dat begrijpt, ziet stilte niet als probleem, maar als signaal. En precies daar begint het echte gesprek: niet over aanspreken als vaardigheid, maar over vertrouwen als voorwaarde.
Wil je meer weten of wil je in gesprek over dit onderwerp?
Plan vrijblijvend een gesprek
Een gesprek geeft vaak perspectieven die je vooraf nog niet zag.